De cursiefgedrukte tekst is de vertaling van de tekst zoals deze op de website van de Via Alpina staat. De foto’s met onderschriften zijn echter mijn eigen keuze.
Verklaring van de tekens*) bij de zwaarte van de etappe:
I Wandelweg (breed zonder open stukken)
II Bergweg (deels smal en onbeschermd)
III Alpiene weg (met kabels gezekerd of bijzonder onbeschermd liggend, grof mengsel van sneeuw en ijs, zeer grof bergpuin)
*) In de website van de Via Alpina zijn deze tekens één, twee of drie “bergschoenen” – deze zijn hier vervangen door Romeinse cijfers.
Etappe R90: Prato Sornico–Fontana (Val Bavona)
zwaarte: II wandeltijd: 6h50 afstand: 18,6 km hoogteverschil: ↑ 1.698m ↓ 1.816m
Men verlaat Prato Sornico in zuidelijke richting naar het plateau van Monti di Rima, van waaruit de eigenlijke klim (langs de Alpe Brünesc) naar Bocchetta Fiorasca begint. Na de pasovergang en het oversteken van de Alpe Fiorasco volgt een pittige afdaling naar het Val Bavona; vandaar gaat men verder naar Fontana, het eindpunt van de etappe.

it.wikipedia.org/wiki
Etappe R91: Fontana (Val Bavona)–Robiei
zwaarte: II wandeltijd: 7h10 afstand: 19,7 km hoogteverschil: ↑ 1.448m ↓ 182m
Men verlaat Fontana in noordwestelijke richting. Terwijl men de loop van het dal volgt, passeert men steeds weer hier en daar huizen. In San Carlo begint de klim naar Robiei, het eindpunt van deze etappe.
Als alternatief kan men ook de kabelbaan van San Carlo naar Robiei nemen.

it.wikipedia.org/wiki
Etappe R92: Robiei–Riale
zwaarte: II wandeltijd: 4h15 afstand: 13,4 km hoogteverschil: ↑ 803m ↓ 966m
Men verlaat Robiei in westelijke richting en loopt langzaam, langs het meer van Matörgn, omhoog tot aan de Bocchetta di Val Maggia. Hier steekt men de grens naar Italië over. De weg gaat steil bergaf naar de Boden meren. Nadat men de meren gepasseerd is, bereikt men de straatweg naar de San Giacomo Pas. Over deze weg komt men in Riale.

de.wikipedia.org/wiki
Het eindpunt van deze Etappe is het beginpunt van de Blauwe Route, Etappe D1.
Etappe R93: Riale–Ulrichen
zwaarte: II wandeltijd: 6h50 afstand: 19,6 km hoogteverschil: ↑ 802m ↓ 1.188m
Vanaf Riale bereikt men het meer van Morasco en gaat verder door het Morasco dal, eerst op de verharde weg, daarna op de bergweg tot aan de Gries Pas, die toegang geeft tot Zwitserland. De Walser en de Romeinen maakten ook al gebruik van deze route. Als men het Meer van Gries gepasseerd is, daalt men steil af naar Ladstafel, van waar men het Ägene dal uitloopt tot aan Ulrichen, het eindpunt van deze etappe. Men kan voor dit laatste stuk ook de Autobus nemen.

commons.wikimedia.org/wiki
Het beginpunt van deze Etappe is ook het beginpunt van de Blauwe Route, Etappe D1.
Etappe R94: Ulrichen–Fieschertal
zwaarte: II wandeltijd: 11h00 afstand: 28,8 km hoogteverschil: ↑ 1.163m ↓ 1.394m
Vanuit Ulrichen loopt men in westelijke richting ca. 200 meter omhoog. Vanaf hier neemt men de Höhenweg tot aan Bellwald. Hier leidt de weg over de bergkam naar Fiesch. Men gaat verder langs de westelijke flank van het Fiescher dal naar het gelijknamige eindpunt van de etappe: Fieschertal. Hiertoe kan men ook de Autobus nemen.

de.wikipedia.org/wiki
Nadere informatie over deze etappe:
Lees a.u.b. ook het blog van 1 oktober 2019 over een gedeelte van deze etappe in tegengestelde richting: van Fiescheralp naar Bellwald, maar dan over de hangbrug Titter – Aspi).
Etappe R95: Fieschertal–Riederalp
zwaarte: II wandeltijd: 7h30 afstand: 20,5 km hoogteverschil: ↑ 1.432m ↓ 621m
Men verlaat Fieschertal in noordelijke richting en klimt via de Burghütte naar het meer van Märjele, waar men voor het eerst de Aletschgletsjer kan zien. Aan de zijmorene aan de zuidkant is een bijzonder, beschermd natuurgebied ontstaan: het Aletschbos. De hoogteweg loopt naar de Riederfurka en uiteindelijk naar Riederalp, eindpunt van deze etappe.

de.wikipedia.org/wiki
Etappe R96: Riederalp–Mund
zwaarte: II wandeltijd: 7h35 afstand: 20,1 km hoogteverschil: ↑ 749m ↓ 1.481m
Na een korte klim naar de Riederfurka loopt men bergaf door het Aletschbos naar de Grünsee. Als men de 124 meter lange hangbrug over de Massa is overgegaan, klimt men weer langs de berghelling naar Hotel Belalp. Vanaf daar leidt een brede, vlakke hoogteweg naar Belalp en verder naar Nessel. Vanaf dit bergterras daalt men door het bos af naar het eindpunt van deze etappe, Mund, dat beroemd is door de saffraan die hier wordt verbouwd.

commons.wikimedia.org/wiki
Nadere informatie over deze etappe
Lees a.u.b. de blogs over deze etappe van 16 september 2018 (gedeelte tussen Belalp en Mund) en 30 september 2019 (gedeelte tussen Riederalp en Belalp/Blatten). Over Brig en omgeving gaan de blogs van 14 september 2018, 15 september 2018 (Blatten en omgeving), 18 september 2018 (Brigerbad en Gamsen), 20 september 2018 (Visperterminen), 28 september 2019 en 2 oktober 2019 (Eischoll).
Etappe R97: Mund–Gampel/Steg
zwaarte: II wandeltijd: 9h55 afstand: 26,9 km hoogteverschil: ↑ 645m ↓ 1.200m
Vanaf Mund loopt men langzaam in de richting van het dal naar Eggerberg. Hier gaat men kort omhoog om dan de Gorperi Suone (open waterleiding) te volgen. Bij haar bron in het Baltschieder dal gaat men naar de Niwärch Suone en loopt daarlangs tot aan Niwärch. Vanaf Aussenberg neemt men de hoogteweg en loopt men langs de spoorlijn van de Lötschbergbahn (men passeert Hohtenn) naar Gampel/Steg, het eindpunt van de etappe.
Er is een gemakkelijkere variant: als alternatief voor de Niwärch Suone kan men ook de tunnel gebruiken. Dan heeft men wel een zaklamp nodig!

commons.wikimedia.org/wiki
Nadere informatie over deze etappe
Lees a.u.b. de blogs over deze Etappe van 17 september 2018 en 19 september 2018, en over het deel tussen Brigerbad en Naters van de “Lötschberg-Südrampe” het blog van 16 september 2018.
Etappe R98: Gampel/Steg–Leukerbad
zwaarte: II wandeltijd: 7h10 afstand: 18,6 km hoogteverschil: ↑ 1.281m ↓ 526m
Vanaf Gampel/Steg op de bodem van het Rhône dal klimt men naar Bratsch. Op dezelfde hoogte blijvend bereikt men de dorpen Erschmatt, Feschel, Guttet en Albinen. Over de houten ladders bij Albinen komt men aan in het eindpunt van deze etappe, Leukerbad, waar vele wellness-badgelegenheden uitnodigen om ervan te genieten.
Er is een gemakkelijkere variant voor de tocht langs de houten ladders: langs de autoweg lopen (geen trottoirs!) of de Postauto nemen.

nl.wikipedia.org/wiki
Nadere informatie over deze etappe:
Lees a.u.b. het blog over deze Etappe van 29 juni 2018 en de blogs over Leukerbad en omgeving van 26 juni 2018 en 27 juni 2018.
Etappe R99: Leukerbad–Schwarenbach
zwaarte: II wandeltijd: 3h40 afstand: 8,5 km hoogteverschil: ↑ 934m ↓ 284m
Men verlaat Leukerbad in noordelijke richting en maakt de steile klim naar de Gemmi Pas. Men kan ook de kabelbaan nemen. Langs de rechteroever van de Daubensee bereikt men Schwarenbach, het eindpunt van de etappe.

en.wikipedia.org/wiki
Nadere informatie over deze Etappe
Lees a.u.b. ook het blog over deze Etappe van 24 juni 2018.
Etappe R100: Schwarenbach–Adelboden
zwaarte: II wandeltijd: 7h10 afstand: 15,6 km hoogteverschil: ↑ 1.244m ↓ 1.079m
Langs de spoorlijn verlaat men in zuidelijke richting Kandersteg en loopt omhoog langs de Alpbach naar Usser Üschine. Vanaf hier gaat het bergpad steil omhoog naar de Bunder Chrinde. Door de bergkloof achter de pashoogte is het een steile afdaling naar de Bunderalp, van waaruit de tocht verder gaat naar het eindpunt van deze etappe, Adelboden.

nl.wikipedia.org/wiki
Uitgebreide omschrijving van de etappe
Vanaf het Berghotel Schwarenbach loopt men in zuidelijke richting onder de oostelijke helling van de Felsenhorn langs over ongeveer 1½ km licht omhoog. Dan slaat men af naar de smalle doorgang van de Rote Chumme en klimt naar de pasovergang tussen de Roter Totz en Felsenhorn. Voor korte tijd daalt men over rotsblokken en puin via de bergweg af tot aan de rand van de Tälli gletsjer. Deze is dik met steenpuin overdekt. Op z’n gemak loopt men nu naar de pashoogte van de Engstligengrat, de Chindbetti Pas. Vanaf hier daalt men nu steil af naar het 300 meter lager gelegen meertje, het Tossenseeli en bereikt over verdere steil naar beneden lopende alpenweiden de rand van de indrukwekkende hoogvlakte. Over de brede graslanden van de Engstligenalp komt men bij de bergwoningen. Wie bij de afdaling vanaf de Engstligenalp de voorkeur geeft aan de moeiteloze afdaling met de kabelbaan, wordt met een eenmalig natuurschouwspel beloond: de Engstligen watervallen. Bij de pensions buigt men naar het westen af. Na het oversteken van de Enstlige beek bereikt men over de Chumi meteen de Bovenste Engstligen waterval. Over een veilig pad gaat men over de beek en voelt daarbij de fijne waternevel van de donderende waterval. De Engstligen watervallen die 600 meter naar beneden storten, zijn een adembenemend natuurschouwspel. De watervallen die de op één na hoogste watervallen van Zwitserland zijn, zijn al sinds 1948 beschermd. Bij het dalstation van de kabelbaan loopt de weg langs de Engstlige beek door de ver uit elkaar liggende boerderijen (“Streusiedlungen”) rondom Adelboden, met de voor het Berner Oberland kenmerkende vakantiechalets in het dorpscentrum. Daar staat de kerk uit 1433 met een oudere gemetselde kerktoren; zij heeft fresco’s die de moeite waard zijn en ook glas-in-loodramen.
(Schweizer Wanderwege)
Natuurlijk en cultureel erfgoed
Adelboden: De naam Adelboden wordt pas in 1409 in een oorkonde genoemd en zou doelen op een edelman die hier gronden bezeten heeft. IN een sage wordt in ieder geval vermeld dat de naam zou zijn ontstaan, omdat een herdersjongen zijn uit Frutigen weggelopen geiten na lang zoeken helemaal achterin het dal op een veld (Boden) vol met Adelgras(1) had teruggevonden. Oorspronkelijk alleen in gebruik als zomerbewoning werd Adelboden pas laat door families uit Frutingen het gehele jaar bewoond. Vanwege de dichte bossen in het dal werden zij “de bosmensen” genoemd. In de 14e eeuw behoorde Adelboden samen met Frutigen toe aan de Heren van Thun. Vanwege financiële moeilijkheden verkochten deze hun bezit in 1400 aan Bern. In 1873 kwam het toerisme op en in 1901 verschenen de eerste wintergasten. Van 1875 tot 1884 werd de huidige weg door het dal aangelegd De in 1433 gebouwde St. Anton kerk heeft o.a. moderne koorvensters van Augusto Giacometti(2) uit 1936 en bij de ingang een groot wandfresco (1471) met de voorstelling van het Laatste Oordeel. In 1971 werd de kerk gerestaureerd en onder monumentenbescherming van de Zwitserse federale overheid gebracht.
(Schweizer Wanderwege)
Aanvullende informatie over deze etappe:
(1) “Adelgras” is de Alpen-weegbree (Plantago alpina), die door de lange smalle bladeren erg op gras lijkt, maar totaal geen familie is.
(2) Augusto Giacometti (16 augustus 1877 ‒ 9 juni 1947) was een Zwitserse kunstschilder en glas-in-lood kunstenaar. Hij was de neef van de beroemde Giovanni Giacometti en dus een neef van Alberto, Diego en Bruno Giacometti.
Deze etappe is grotendeels gelijk aan Etappe C13 van de Groene Route.
Etappe R101: Adelboden–Lenk
zwaarte: II wandeltijd: 4h20 afstand: 13,2 km hoogteverschil: ↑ 629m ↓ 906m
Men verlaat Adelboden in zuidwestelijke richting, eerst langs de Allebach en dan langs de Gilsbach. Om de klim van Geilsbüel tot aan de Hahnemoos Pas te maken moet men een kort stuk langs de autoweg lopen. Vanaf de pashoogte gaat de tocht langzaam naar beneden naar Büelberg en vervolgens naar het eindpunt van deze etappe, Lenk.

de.wikipedia.org/wiki
Etappe R101 is gelijk aan de Etappe C14 van de Groene Route. Lenk is het eindpunt van de Groene Route.
Etappe R102: Lenk–Lauenen
zwaarte: II wandeltijd: 5h10 afstand: 13,9 km hoogteverschil: ↑ 972m ↓ 796m
In westelijke richting verlaat men Lenk en loopt over de kam van de Wallegg naar de Wallbachgraben. Aan de andere kant van het dal bereikt men over Lochberg de Trütlisberg Pas, vanaf waar men door bossen en langs ruisende beken naar het eindpunt van deze etappe, Lauenen, loopt.

en.wikipedia.org/wiki
Lenk, het beginpunt van Etappe R102 is het eindpunt van Etappe C14 van de Groene Route.
Etappe R103: Lauenen–Gsteig
zwaarte: II wandeltijd: 2h40 afstand: 7,3 km hoogteverschil: ↑ 427m ↓ 484m
Langs de hoofdstraat verlaat men Lauenen naar het zuiden en slaat niet lang daarna af in zuidwestelijke richting naar de Chrine Pas. Na de pashoogte loopt de weg door de Saaligraben naar beneden naar het eindpunt van deze etappe, Gsteig.

commons.wikimedia.org/wiki
Etappe R104: Gsteig–Godey
zwaarte: III wandeltijd: 7h30 afstand: 19,7 km hoogteverschil: ↑ 1.288m ↓ 1.104m
Over de dorpsstraat verlaat men Gsteig in zuidelijke richting. Aan het einde van de straat begint de steile klim door de Rote Graben naar de Auberge du Sanetsch of men neemt daartoe de kabelbaan. De linkeroever van het Lac du Sanetsch langslopend komt men bij de Col du Sanetsch. Vervolgens gaat men verder langs de Sex Rouge naar Mié. Van hieruit leidt de weg steil naar beneden naar het eindpunt van deze etappe Godey.

de.wikipedia.org/wiki
Etappe R105: Godey–Anzeindaz
zwaarte: I wandeltijd: 3h00 afstand: 8 km hoogteverschil: ↑ 732m ↓ 215m
Men verlaat Godey in westelijke richting door het oerbos van Derborence. In de plaats met dezelfde naam begint de klim naar de Pas de Cheville. Men loopt langs de voet van Les Diablerets en bereikt Anzeindaz, het eindpunt van deze etappe.

en.wikipedia.org/wiki
Etappe R106: Anzeindaz–Col du Demècre
zwaarte: II wandeltijd: 10h15 afstand: 25,3 km hoogteverschil: ↑ 1.903m ↓ 1.433m
Over de Pas des Essets verlaat men Anzeindaz in zuidelijke richting. De pasweg loopt verder naar beneden naar Pont de Nant. Vanaf hier gaat men het Vallon de Nant in en klimt over de Col des Perris Blancs naar de Alpe la Tourche. Op de hoogteweg gaat men naar Alp Rionda, en vandaar verder langs de zuidelijke bergflank van de Dent de Morcles naar de Col du Demècre, het eindpunt van de etappe.

de.wikipedia.org/wiki
Etappe R107: Col du Demècre–Vernayaz
zwaarte: II wandeltijd: 5h30 afstand: 14,2 km hoogteverschil: ↑ 164m ↓ 2.063m
Men verlaat de Col du Demècre in zuidelijke richting en loopt naar Portail de Fully. Vanaf hier leidt de weg over de bergkam, waardoor men uitzicht heeft over zowel Unter- als Oberwallis. Vanaf Sex Carro daalt men steil af naar Champex en Doréaz . Voor dit deel kan men ook de kabelbaan nemen. Men steekt de brede Rhônevallei over en aldra bereikt men het eindpunt van de etappe, Pissavache/Venayaz.

www.archmillennium.net
Etappe R108: Vernayaz–Cabane de Susanfe
zwaarte: II wandeltijd: 8h15 afstand: 19,8 km hoogteverschil: ↑ 2.039m ↓ 391m
Waarschuwing: De route van Vernayaz tot aan de Waterval van Pissevache en verder naar Van d’en haut bestaat niet meer! In plaats daarvan neemt men de bergweg van Vernayaz naar Salvan, om vanaf daar over “Les Granges” Van d’en haut te bereiken. Dan gaat men verder bergop tot aan het meer van Salanfe. Over de linkeroever van het meer buigt men al snel naar rechts af en begint aan de laatste klim naar de Salanfe Pas. Vanaf de pasovergang bereikt men na korte tijd de Sasanfe Hut, eindpunt van de etappe.

commons.wikimedia.org/wiki
Etappe R109: Cabane de Susanfe–Refuge Tornay-Bostan
zwaarte: II wandeltijd: 7h40 afstand: 18,9 km hoogteverschil: ↑ 1.058m ↓ 1.394m
Over de Pas d’Encel verlaat men de Susanfe Hut en loopt kort daarna naar de noordelijke bergflank van de Dent de Bonavau. Langs Bonavau bereikt men Barme, van waaruit men over Croix d’Incrène naar de Col de Cou gaat. Men steekt nu de Franse grens over en loopt over de Grande Randonnée® nr. 5 over alpenweiden naar de Col de la Golèse, voordat men naar de Tornay-Bostan Hut klimt.

www.camptocamp.org/waypoints
Etappe R110: Refuge Tornay-Bostan–Salvagny
zwaarte: I wandeltijd: 4h20 afstand: 15,2 km hoogteverschil: ↑ 115m ↓ 1.100m
Deze etappe gaat vanaf de Tornay-Bostan Hut naar beneden en komt bij het dorpje Allamands uit op de Grande Randonnée® nr. 5. Na een kort stuk over de bochtige verharde weg loopt men door het bos tot aan Samoëns. Dan gaat men langs de bergbeek Giffre, steekt de kloven van Tines over en komt uiteindelijk aan op het Plateau van Sixt-Fer-à-Cheval, waarover men verder loopt naar Salvagny, het eindpunt van de etappe.

de.wikipedia.org/wiki
De Grande Randonnée® nr. 5 is een onderdeel van het netwerk van langeafstandswandelingen door Frankrijk – zie de website
Etappe R111: Salvagny–Refuge de Moëde-Anterne
zwaarte: II wandeltijd: 6h10 afstand: 15,2 km hoogteverschil: ↑ 1.581m ↓ 346m
Deze etappe vol contrasten begint op de vlakte. Over de Collet d’Anterne bereikt men het Anternegebergte dat uit geologisch oogpunt interessant is (kristallijn moedergesteente) en dat als beschermd natuurgebied is geregistreerd. Het eindpunt van de etappe is de Moëde-Anterne Hut, die vlak onder de Anterne Pas ligt en een prachtig uitzicht biedt op het bergmassief van de Mont-Blanc.

fr.wikipedia.org/wiki
Etappe R112: Refuge de Moëde-Anterne–La Flégère
zwaarte: II wandeltijd: 4h20 afstand: 13,9 km hoogteverschil: ↑ 841m ↓ 954m
Deze etappe van de Via Alpina volgt voor het grootste deel de langeafstandswandeling “Tour de Pays du Mont-Blanc”. Men doorkruist het beschermde natuurgebied Aiguilles Rouges (de Rode Naalden) en klimt naar de Brévent Pas. Daarna wandelt men bergaf langs de berghelling van Chamonix naar de Hutten van Planpraz en verder over de hoogteweg aan de overkant van het Mont-Blancmassief tot aan de hooggelegen Flégère Hut, het eindpunt van de etappe.

nl.wikipedia.org/wiki
Etappe R113: La Flégère–Trient
zwaarte: II wandeltijd: 8h00 afstand: 18,5 km hoogteverschil: ↑ 1.046m ↓ 1.545m
Men volgt de Langeafstandswandeling® “Tour du Mont-Blanc” over de hoogteweg tegenover de scherpe rotstoppen van Chamonix en de Mont-Blanc tot aan de Montets Pas. Daarna wandelt men naar beneden naar het dorpje Buet, klimt naar de Posettes Pas en de Balme Pas en steekt de grens met Zwitserland over. Na deze oversteek loopt men aan de rechterflank van het dal naar beneden naar Trient, het eindpunt van de etappe.

commons.wikimedia.org/wiki
Langeafstandswandeling TMB® (“Tour du Mont-Blanc”)
Etappe R114: Trient–Champex
zwaarte: II wandeltijd: 5h30 afstand: 15,1 km hoogteverschil: ↑ 912m ↓ 770m
Over de La Forclaz Pas verlaat men Trient en loopt langzaam stijgend in oostelijke richting naar de Alp Bovine. Van hieruit gaat men langzaam weer naar beneden naar de hoogvlakte van Champex. Zodra men bij het meer van Champex is aangekomen, is het niet ver meer naar Champex, het eindpunt van deze etappe.

commons.wikimedia.org/wiki
Etappe R115: Champex–Bourg-St-Pierre
zwaarte: I wandeltijd: 5h40 afstand: 16,1 km hoogteverschil: ↑ 821m ↓ 662m
Men verlaat Champex langzaam naar beneden lopend in noordoostelijke richting naar Chez les Reuse, van waaruit men verder afdaalt naar Orsières. Aan de voet van de rechterflank van het Val d’Entremont loopt men over de oude Pasweg langzaam naar boven naar Van d’en Haut, langs Forny en Liddes, naar Bourg-St-Pierre, het eindpunt van deze etappe.

de.wikipedia.org/wiki
Etappe R116: Bourg-St-Pierre–Col du Grand- Saint-Bernard
zwaarte: II wandeltijd: 4h30 afstand: 12,5 km hoogteverschil: ↑ 940m ↓ 85m
Vanaf Bourg-St-Pierre loopt men langzaam het dal omhoog. Over de rechteroever van het meer van Toules bereikt men over de oude bergweg de Pas van de Grosse St. Bernhard, met zijn unieke hondenfokstation. Dit is het eindpunt van deze etappe.

commons.wikimedia.org/wiki
Etappe R117: Col du Grand-Saint-Bernard–Célleraz
zwaarte: II wandeltijd: 9h50 afstand: 26,855 km hoogteverschil: ↑ 612m ↓ 1.562m
De Via Alpina loopt over de Pas van de Grosse St. Bernhard naar Italië en gaat over uitgestrekte graslanden en door diepe bossen, langs meerdere bergboerderijen naar de Citrin Pas aan de tegenoverliggende helling van het Grosse St. Bernhard dal. De klim gaat door een kenmerkend alpiene landschap het Jovençan dal in. Dan bereikt men de Joux Pas, van waaruit men de Emilius, de Gran Paradiso en de Rutor kan bewonderen.

nl.wikipedia.org/wiki
Etappe R118: Célleraz–Valgrisenche
zwaarte: II wandeltijd: 6h00 afstand: 19,013 km hoogteverschil: ↑ 807m ↓ 334m
De Route leidt steil naar beneden naar Célleraz en gaat langs de flank van het centrale Aosta dal, door meerdere dorpen en over de rivier Dora Baltea. Dan gaat men door het dal van Valgrisenche, over weiden, door uitgestrekte bossen, door dorpen en door het beschermde natuurgebied van Lac Lolair. Aan het einde van het dal kan men de indrukwekkende muren van de stuwdam van Beauregard ontwaren.

www.camptocamp.org/images
Etappe R119: Valgrisenche–Refuge de l’Archeboc
zwaarte: II wandeltijd: 7h45 afstand: 17,6 km hoogteverschil: ↑ 1.601m ↓ 1.239m
Door naaldbossen, over graslanden en puinhellingen loopt men langs het meer van San Grato met uitzicht op de Grande Rousse, La Becca du Lac en de Testa del Rutor. Over de “Col du Mont” Pas komt men op een oude verbindingsweg tussen het Aosta dal en de Tarentaise op Frans grondgebied. Daar leidt de Via Alpina naar de Archeboc Hut, het eindpunt van deze etappe.

nl.wikipedia.org/wiki
Geef een reactie